Onlangs werd beslist dat normaal gezien in januari 2022 het nieuwe vervoersplan van de Vlaamse regering in werking zou treden. Met uitstel -nog nader te bepalen. Het gaat hierbij om een gelaagd vervoermodel als basis. In de praktijk wil dat zeggen dat het openbaar vervoermodel van basisbereikbaarheid is opgebouwd uit 4 lagen. Namelijk het treinnet, als ruggengraat van het openbaar vervoer. Daarnaast het kernnet, de ruggengraat van het stads- en streekvervoer. Bussen en trams verbinden kernen met elkaar, bedienen centraal gelegen attractiepolen en verbinden voorsteden met andere steden. Ten derde het aanvullend net dat bestaat uit de bussen tussen kleinere steden en gemeenten. Het zorgt voor de aanvoer van het kernnet en treinnet. Ook het woon-werkverkeer en het woon-schoolverkeer die alleen tijdens de spitsuren bestaan, kunnen deel uitmaken van dit net. En tenslotte het vervoer op maat, zijnde lokale vervoeroplossingen zoals leerlingenvervoer in het bijzonder onderwijs, vraagafhankelijk vervoer, aangepast vervoer voor rolstoelgebruikers, buurtbussen enzoverder.
Bedoeling is dat deze 4 lagen optimaal op elkaar dienen afgestemd te zijn om tot een efficiënt vervoermodel te komen. Wanneer we de lijnen bekijken die vanaf de inwerkingtreding nog door Beringen en omgeving zullen rijden, zien we een serieuze inkrimping.
Onze vragen zijn dan ook de volgende :
De mondelinge vraag werd beantwoord.