De notulen van de vorige vergadering wordt voor aanvang van de zitting van heden ter goedkeuring voorgelegd.
De notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 10 oktober 2022 worden goedgekeurd.
Het project speelt in op een reële nood. Vanuit de sociale dienst van het OCMW hebben we een groep cliënten die passen binnen de beoogde doelgroep. Cliënten die tot op heden moeilijk te 'mooven' zijn. Door de manier van werken outreachend, op maat, intensief en samenwerkend met OCMW kan dit traject een opstap naar werk, naar activatie in de ruimere zin betekenen. Zowel Arktos als Emino hebben de nodige ervaring-expertise. Momenteel heeft Arktos samen met Emino een vergelijkbaar project lopen i.s.m. 28 Limburgse OCMW' s. Een bijkomende meerwaarde is dat de groepssamenkomsten plaats vinden in de lokalen van De Posthoorn in Beringen.
In 2020-2021 zijn we ingestapt met 14 trajecten, 7 per jaar, dit jaar zijn met 4 trajecten. Dit project is een meerwaarde en ondersteuning voor de sociale dienst. De begeleiding is een verlengstuk van de sociale dienst: aanklampend en laagdrempelig (mee op afspraak gaan, samen praktische zaken regelen, contact houden via Whats app). Zaken waarvoor een maatschappelijk werker op de sociale dienst niet de nodige ruimte voor heeft. Zeker door de bijkomende drukte en nog te verwachten toeloop van cliënten met financiële problemen door de energiecrisis is dit project ondersteunend voor de maatschappelijk werkers in het begeleiden van hun cliënten. Dit project biedt een invulling in dossiers waar tewerkstelling nog niet aan de orde is en een doorverwijzing naar de jobdienst/project Porfolio nog niet mogelijk is.
In 2021 zijn zeven trajecten afgesloten, met volgende reden: één is verhuisd, 2 waren er niet voldoende gemotiveerd, eentje is overgedragen naar GTB, twee deelnemers hebben stappen gezet op verschillende domeinen en hebben ook een realistischere oriëntatie richting tewerkstelling. In 2022 zijn er reeds vier trajecten afgesloten met volgende redenen: één had niet voldoende motivatie, bij één deelnemer bemoeilijkte de persoonlijke situatie verdere stappen, twee personen hebben wel al concrete stappen gezet richting werk en zijn ondertussen overgedragen naar het project 'Voorsprong'.
Vanuit het OCMW wensen we in 2023 in te schrijven voor 5 trajecten.
Dit advies is onder voorwaarde dat de aanpassing meerjarenplan wordt goedgekeurd.
Deze uitgave is voorzien in het budget van 2023, op MJP002694.
Het gunningsbedrag werd vastgelegd met vastlegging 2022012537.
Er is geen visum vereist.
De raad is akkoord om deel te nemen aan het ESF project 'I Can Limburg' met 5 trajecten voor 2023, voor een totaal bedrag van 2.800 euro.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
Regelgeving: bevoegdheid (bijzonder)
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Dit advies is onder voorwaarde dat de aanpassing meerjarenplan wordt goedgekeurd.
Deze uitgave is voorzien in het budget van 2023, op MJP002590.
De voorvastlegging wordt gemaakt na kredietopening voor 2023.
Het bestek met nr. W2022rvl062-3216 en de raming voor de opdracht “De Klitsberg Bejaardenwoningen: vernieuwen van de cv-installaties”, opgesteld door de Dienst gebouwen worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 191.250,00 EUR + 11.475,00 EUR (6% btw) = 202.725,00 EUR.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Daarom wordt voorgesteld om toe te treden tot de raamovereenkomst van de Vlaamse Overheid.
De raamovereenkomst legt de basisvoorwaarden vast voor de opdracht en heeft een looptijd van 48 maanden van 1 juli 2020 tot 30 juni 2024. De looptijd van een deelopdracht binnen de raamovereenkomst bedraagt ook 48 maanden.
Na goedkeuring van deze beslissing dient de deelopdracht besteld of geplaatst te worden binnen de raamovereenkomst bij de gekozen dienstverlener door middel van een concreet instapformulier. Hiertoe zal de goedkeuring worden gevraagd aan het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau in latere besluitvorming.
In dit instapformulier zal de nodige informatie geregeld worden ten behoeve van een vlotte uitvoering van de opdracht.
De deelopdracht kan ook worden geplaatst voor de toekenning van ecocheques. De Vlaamse overheid voorzag hiertoe de mogelijkheid in haar raamovereenkomst.
De toetreding voor de toekenning van ecocheques tot de raamovereenkomst van de Vlaamse overheid heeft voor het bestuur het voordeel dat ook daarvoor door de schaalgrootte een lagere dienstverleningskost moet worden betaald. Voor het personeel heeft de toetreding het voordeel dat de maaltijdcheques en ecocheques op dezelfde elektronische betaalkaart kunnen worden opgeladen.
Volgende bepalingen zijn van toepassing op de raamovereenkomst:
- Aanbestedende overheid: Vlaamse Overheid
- Duur: 48 maanden
- Wijze van prijsbepaling: opdracht tegen prijslijst
- Leiding en toezicht: Vlaamse Overheid
- Algemene betalingsmodaliteiten: rechtstreekse facturatie door en rechtstreekse betaling aan dienstverlener
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36, en inzonderheid artikelen 2, 6° en 47 §2 die de aanbestedende overheden vrijstelt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren wanneer ze een beroep doen op een aankoopcentrale en artikel 43;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Regelgeving: bevoegdheid (bijzonder)
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikelen 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn;
Stad en OCMW Beringen wensen vanaf 1 januari 2023 toe te treden tot de raamovereenkomst onder bestek nr. 2019/HFB/OP/59092 - openbare aanbesteding uitgeschreven door de Vlaamse Overheid, voor het leveren van elektronische maaltijdcheques en ecocheques.
Volgende bepalingen zijn van toepassing op de raamovereenkomst:
- Aanbestedende overheid: Vlaamse Overheid
- Duur: 48 maanden
- Wijze van prijsbepaling: opdracht tegen prijslijst
- Leiding en toezicht: Vlaamse Overheid
- Algemene betalingsmodaliteiten: rechtstreekse facturatie door en rechtstreekse betaling aan dienstverlener
Het vast bureau wordt belast met de verdere uitvoering van dit besluit.
Overwegende dat het, uit menselijk standpunt, belangrijk is dat mensen thuis in een vertrouwde omgeving op een humane manier kunnen sterven.
Overwegende dat de verzorging thuis van terminale patiënten een zware financiële last meebrengt;
Overwegende dat er momenteel een financiële discriminatie tussen “thuis sterven“ en “in het ziekenhuis sterven”;
Overwegende dat he daarom aangewezen is een éénmalige financiële tegemoetkoming te verlenen aan palliatieve thuispatiënten;
Overwegende dat hiervoor de nodige kredieten te voorzien in de begroting van 2023:
Artikel 1:
Aan de inwoners van Beringen die ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters en die voldoen aan de definitie van palliatieve thuispatiënt, wordt een éénmalige toelage toegekend.
Artikel 2:
Er wordt verstaan onder palliatieve thuispatiënt die reeds van het Riziv , de financiële tegemoetkoming “voor een patiënt die thuis palliatieve verzorging geniet van het RIZIV” ontvangen heeft (K.B. Van 02/12/1999betreffende de vaststelling van de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging voor geneesmiddelen, verzorgingsmiddelen en hulpmiddelen voor palliatieve thuispatiënten, bedoeld in artikel 34, 14e van de wet betreffende de verplichte verzeker voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli1994)
Artikel 3:
De tegemoetkoming bedraagt 250 euro en wordt uitbetaald na voorlegging van het betalingsbewijs van de mutualiteit van de “financiële tegemoetkoming voor een patiënt die thuis palliatieve verzorging geniet” aan de begunstigde vermeld op dit betalingsbewijs.
Artikel 4:
De financiële draagkracht van de betrokkene heeft geen invloed wat betreft het al dan niet toekennen van de voorziene gemeentelijke tussenkomst.
Artikel 5:
De toelage dient aangevraagd te worden bij het College van Burgemeester en schepenen. De aanvrager dient het bewijs te leveren dat aan de voorwaarden ,voorzien in artikel 2 en 3 voldaan is.
Artikel 6:
De aanvraag kan gebeuren door de betrokkene zelf of door de persoon die de onder artikel 2 en 3 bedoelde toelage van het Riziv ontvangen heeft.
Artikel 7:
Onderhavige beslissing treedt in werking op datum van 01 01 2023. Enkel de attesten van het RIZIV die na 01 01 2023 worden uitgereikt komen in aanmerking.
Artikel 8:
Alle ten onrechte uitbetaalde toelagen zullen teruggevorderd worden na beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen.