Terug
Gepubliceerd op 30/05/2022

2022_GEM_00106 - Opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing, aanslagjaren 2022 - 2025

Gemeenteraad
ma 23/05/2022 - 19:30 Trouw- en raadzaal Stadhuis, Collegestraat 1, 3580 Beringen
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Belastingreglement, type Aanvullende belasting of opcentiem. Dit reglement treedt in werking op 01/01/2022 en eindigt op 31/12/2025
  • Bijkomende aanslagvoet: Nee

Samenstelling

Aanwezig

Wouter Vandermeeren, voorzitter; Thomas Vints, burgemeester; Werner Janssen, schepen; Jean Vanhees, schepen; An Moons, schepen; Patrick Witters, schepen; Tijs Lemmens, schepen; Anne Cuypers, raadslid; Bert Schoofs, raadslid; Dave Schops, raadslid; Rita Keunen, raadslid; Hilal Yalçin, raadslid; Leonie Vanhoudt, raadslid; Lowie Tielens, raadslid; Hilaire Poels, raadslid; Abdulkadir Yilmaz, raadslid; Ömer Ünlü, raadslid; Guido Feyen, raadslid; Jessica Pauwels, raadslid; Siegfried Van Braband, raadslid; Betty Buijs, raadslid; Youssef El Ballata, raadslid; Bilgin Bekdemir, raadslid; Hanim Karacan, raadslid; Gosha Rosinska-Peeters, raadslid; Marieke Meelberghs, raadslid; Stijn Truyens, raadslid; Kelly Meykens, raadslid; Kobe Snyers, raadslid; Erik Gilissen, raadslid; Massimo Caruso, raadslid; Luc Vrijdaghs, algemeen directeur

Verontschuldigd

Jessie De Weyer, schepen; Ann-Sofie Vanoverstijns, schepen; Mark Bex, raadslid; Meral Ozcan, raadslid

Secretaris

Luc Vrijdaghs, algemeen directeur

Voorzitter

Wouter Vandermeeren, voorzitter
2022_GEM_00106 - Opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing, aanslagjaren 2022 - 2025 2022_GEM_00106 - Opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing, aanslagjaren 2022 - 2025

Motivering

Argumentatie

Gelet op de financiële toestand van de gemeente die invoering vergt van alle rendabele belastingen.
Gelet op de in dit verband geldende onderrichtingen bij de opmaak van budgetten en meerjarenplannen.
Overwegende dat de uitbating van afvalverwerking- en verwijderingsinstallaties op het grondgebied van stad Beringen er mede oorzaak van is om extra uitgaven te doen voor het onderhoud van wegen, aangepast signalisatie, extra controles, ... . Deze afvalverwerking- en verwijderingsinstallaties ontvangen niet enkel het plaatselijk afval, maar ook de fracties van het Limburgs grondgebied en van andere Vlaamse provincies.
Overwegende dat de stad dient te ijveren voor een gezond leefmilieu voor de inwoners.
Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen.

Juridische grond

De artikelen 41, 162 en 170, §4 van de Grondwet;
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en meer specifiek de artikelen 2, 40, 41, 252, 286 t.e.m. 287 en 326 t.e.m. 335;
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
De omzendbrief KB ABB 2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit;
De artikelen 44 tot en met 65 van het decreet van 23 december 2011 en zijn latere wijzigingen betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;
Het Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 (VLAREMA) tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffend het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, gewijzigd bij besluit van 4 mei 2012, en uitvoering geeft aan het zogenaamde "Materialendecreet" van 23 december 2011;

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 40 §3 van het decreet lokaal bestuur
Artikel 40 §3 van het decreet lokaal bestuur: De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Belastbaar feit en tarief

Met ingang van 1 januari 2022 voor een termijn die eindigt op 31 december 2025 worden er, ten voordele van de stad Beringen, 26 opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing geheven.

Het besluit van 14 december 2020 wordt vanaf 1 januari 2022 opgeheven.

Artikel 2

Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door elke exploitant actief op het grondgebied van de stad Beringen en die door de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) belast wordt met milieuheffingen bedoeld in het Decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen en latere wijzigingen.

Artikel 3

Aangifte

Iedere belastingplichtige moet per kwartaal aangifte doen van elke aan OVAM betaalde milieuheffing die betrekking heeft op de belastbare periode door middel van een aangifteformulier dat hem per kwartaal door stad Beringen bezorgd wordt. Dit aangifteformulier moet ingevuld en ondertekend teruggestuurd worden voor de 15de van elk kwartaal vergezeld van een kopie van het aanslagbiljet van OVAM van dat betreffende kwartaal.
De belastingplichtige dit geen aangifteformulier ontvangen zou hebben, moet deze aangifte spontaan doen voor de 15de van elk kwartaal.

Artikel 4

Ambtshalve belasting

Bij gebreke aan aangifte, bij niet-tijdige of onnauwkeurige aangifte door de belastingplichtige, wordt de aanslag van ambtswege gevestigd op grond van de beschikbare gegevens en op de wijze bepaald in artikel 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

Artikel 5

Ambtshalve verhoging

Op het bedrag van de ambtshalve ingekohierde belastingen wordt een verhoging toegepast van 20%.
Het bedrag van deze verhoging wordt eveneens ingekohierd.

Artikel 6

Invordering

De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 7

Bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

Artikel 8

Bekendmaking

Het reglement zal worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd.

De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.